Bij het programmeren van een vorm vroeg ik me af hoe ik dat eens wat groter kon presenteren. In 3D-print is dat moeilijk of duur. Dus ben ik het beeld van het programma met de hand na gaan maken. Het eerste paneel is een vorm die gedefinieerd wordt door de raaklijnen. Daarna heb ik twee panelen gemaakt waarbij ik de stap van het parametrisch programmeren heb overgeslagen en heb ik direct de gewenste vorm gemaakt.
Het was de bedoeling om het bij Post Erasmuslaan 5 te exposeren samen met werk van Gerard van der Horst. Vanwege corona is dat voorlopig uitgesteld. Wel wordt er een pagina gewijd aan onze werken op de website van Post Erasmuslaan 5, https://erasmuslaan5.com/ .

Het rechter paneel heb ik als eerste gemaakt op basis van een programma dat ik geschreven heb. Het middelste paneel is gebaseerd op een voronoi. Een vormsoort die veel in de natuur voorkomt, bijvoorbeeld in het vlekkenpatroon van een giraffe. Het aardige is dat er net als in de natuur afwijkingen komen op plekken waar de voronoi-vormen tegen een rand aan komen. Het linker paneel is een verlopende vorm, zoals die soms in de schubben van vissen te zien is, maar het maken van een verlopende vorm is natuurlijk beter bekend in het werk van M.C. Escher.
De drie panelen hebben alle een toevoeging die het patroon minder abstract maken of zorgen voor een afwijking. Een gerimpelde bal (gemaakt door Abe van der Vecht), een ‘oog’ en een vlakvulling (gemaakt door Jenneke van der Vecht).

De panelen zijn gemaakt van hout, touw en blauw en silver elastiek.
Ik hoop dat de toeschouwer door de panelen te bekijken zelf ook de natuur kan gaan zien met aandacht voor patronen en afwijkingen en de vraag waarom die zo opgebouwd zijn, wat bijvoorbeeld de regels zijn waaraan het patroon voldoet. Alan Turing, bekend van het kraken van de Enigma en het begin van de computerisering heeft zich hier ook mee bezig gehouden.
Een van de vragen die ik mezelf stel is of Gray-Scott diffusiemodel wel klopt. Dat model is eenvoudig uitgelegd: De populatie van konijnen neemt toe, waardoor er meer te eten is voor de vossen, waardoor er meer vossen komen waardoor de populatie konijnen afneemt. Zo ontstaat een golfbeweging in de populatie. Die golfbeweging wordt ook gebruikt als verklaring zijn voor het strepenpatroon in bijvoorbeeld een zebra. Een golfbeweging in de toe- en afname van zwarte strepen.
Een voronoi zou je kunnen uitleggen als een patroon van punten die steeds groter worden. Op het moment dat de ene cirkel een andere cirkel raakt, ontstaan een rechte lijn, want ze ‘duwen’ even hard tegen elkaar. Bij een heel regelmatig patroon kan een bijenkorf ontstaan, bij een onregelmatig patroon bijvoorbeeld een reptielenhuid. Hieronder een collage van voronoi-patronen die in de natuur voorkomen.
